WereldOuders stopt niet bij de voordeur van de programma’s
Lees verder
In veel Latijns-Amerikaanse landen worden kinderen uit huis geplaatst omdat de ouders geen geld hebben om hen te kunnen verzorgen. De Verenigde Naties vinden uithuisplaatsing in deze gevallen niet wenselijk. Zij pleiten juist voor het versterken van de familie. Deze gedachte sluit naadloos aan bij de koers die wij varen. Maar in veel landen in Latijns-Amerika en het Caraïbisch gebied worden kinderen nu overhaast teruggebracht naar hun familie, ook al is daar geen goede opvang voor ze.
Het OneFamily programma richt zich op een verantwoorde hereniging van kinderen met hun familie. Hiervoor wordt een uitgebreide reeks projecten voor kinderen, gezinnen en gemeenschappen actief ingezet. Met als belangrijkste pijler: garantie dat de kinderen toegang hebben én houden tot onderwijs om zichzelf te kunnen ontwikkelen tot onafhankelijke, sterke volwassenen. Lokale gemeenschappen versterken we met bewustmakingsprogramma’s, multidisciplinaire ondersteuning en trainingen in gemeenschapscentra.
Het bijzondere aan onze aanpak is dat OneFamily niet stopt bij de hereniging van kinderen en hun families. Ook de ondersteuning in het na traject wordt niet vergeten. Dit zijn ze in Latijns-Amerika niet gewend, maar wij zien hereniging niet als iets eenmaligs. Het is een langetermijnproces met verschillende fasen, die elk een ander soort ondersteuning aan families en kinderen nodig heeft. We zijn van mening dat we dan pas kunnen garanderen dat ‘onze’ kinderen ook buiten het programma – in hun familieomgeving – hun volle potentieel kunnen bereiken.
Overigens is deze OneFamily aanpak niet nieuw voor ons. We zetten ons al een aantal jaar in voor kwetsbare kinderen en gezinnen in gemeenschappen buiten onze programma’s. In 2010, na de aardbeving in Haïti, openden we in het getroffen gebied de Father Wasson Angels of Light-school voor kinderen uit de omgeving. Wat begon als een tijdelijke schuilplaats voor kinderen die ouders uit het oog waren verloren of voor kinderen voor wie de ouders tijdelijk niet meer konden zorgen, is nu uitgegroeid tot een instelling die dagelijks door meer dan 800 kinderen wordt bezocht. Zoveel mogelijk kinderen zijn inmiddels weer herenigd met ouder(s) of familieleden, andere kinderen zijn opgevangen in het programma St. Helene. En het bleef niet bij Haïti; bijna al onze onderwijsprogramma’s zijn toegankelijk voor kinderen uit nabijgelegen gemeenschappen die anders niet naar school kunnen. Omdat de impact hiervan zo groot blijkt, zijn we steeds meer gaan investeren in dergelijke programma’s voor mensen uit gemeenschappen rondom onze programma’s. Zo zijn ook ziekenhuizen bijvoorbeeld toegankelijk voor de gemeenschap.
Met de OneFamily-strategie dragen we bij aan duurzame ontwikkelingsdoelen, zoals opgesteld door de Verenigde Naties:
– Het beëindigen van armoede in al zijn vormen en overal ter wereld.
– Het uitbannen van honger, het realiseren van voedselzekerheid en verbeterde voeding en het bevorderen van duurzame landbouw.
– Het waarborgen van gezonde levens en het bevorderen van welzijn voor iedereen en alle leeftijden.
– Het zekerstellen van inclusief en rechtvaardig, kwalitatief hoogwaardig onderwijs en het bevorderen van levenslange leermogelijkheden voor iedereen.
De hulp verplaatst zich meer en meer van de programma’s naar individuen en families in de omliggende gemeenschappen. Kinderen in kwetsbare gezinnen krijgen kwalitatief hoogwaardig onderwijs, maar ook hulp bij gezondheidszorg, therapieën en andersoortige programma’s waaraan de gemeenschap behoefte heeft. Het doel: de families versterken en ‘thuis’ een veilige, stabiele omgeving creëren zodat kinderen kunnen blijven wonen waar ze horen; bij hun familie. Daar waar elk kind het liefst wil opgroeien. Over alle individuele projecten kunnen we een boek schrijven. Om te beginnen hier alvast een handjevol projecten dat de diversiteit en reikwijdte van onze hulp illustreert.
In Honduras en El Salvador worden kinderen van 0 tot 6 jaar opgevangen in de kinderdagopvang, een veilige omgeving waarin ze voedzame maaltijden en medische checks krijgen, maar ook deelnemen aan educatieve activiteiten om hun ontwikkeling op een speelse manier te stimuleren. Ondervoeding wordt hier in de kiem gesmoord en gezondheidsproblemen tijdig afgewend. Ook alleenstaande moeders worden hier geholpen, ze krijgen de kans op een inkomen (of studie) om voor zichzelf en hun kind te zorgen. Zo kunnen ze deelnemen aan programma’s op het gebied van opvoedvaardigheden, educatie en volksgezondheid.
Straatkinderen, minderjarige migranten of misbruikte kinderen in Honduras die zijn gered uit hun risicosituaties worden tijdelijk opgevangen in Casa Mi Esperanza, een samenwerking met bureau jeugdzorg (DINAF). Al naar gelang hun situatie verblijven kinderen hier een paar dagen of soms enkele maanden. In die tijd wordt het beste vervolgtraject voor ze bepaald, van re-integratie tot een plaatsing in ons programma of bij een andere organisatie. Want ook deze kinderen verdienen een toekomst.
De school is heel dichtbij, ik hoef nog geen vijf minuten te lopen. Ik sta om 6 uur op en kom om 16:00 uur weer thuis’. De twaalfjarige Maximiliano is één van de 150 kinderen in de Dominicaanse Republiek die in de omgeving van het programma woont en onderwijs krijgt. ‘Ik hou van school, van leren en van spelen. Mijn lievelingsvak is wiskunde, maar de hoogste cijfers haal ik voor gym.’ Maximiliano komt uit Batey Nuevo, een dorp gelegen aan de suikerrietvelden, waar de meeste veldwerkers met hun gezinnen wonen. Veel kinderen uit het dorp krijgen behalve onderwijs op school ook twee maaltijden en medische zorg. Hun families komen bovendien in aanmerking voor andere vormen van gemeenschapsbijstand, zoals medische zorg of operaties, educatieve ondersteuning en programma’s voor huisvestingsverbetering.
De Hondurese scholiere Sandra zit op Pueblo Nuevo, een school waar veelbelovende scholieren met een studiebeurs van WereldOuders/NPH terechtkunnen. De kosten van een middelbare school zijn voor veel kinderen niet op te brengen, zeker met bijkomende kosten als vervoer, schooluniform en studiebenodigdheden. Sandra weet als geen ander hoe bevoorrecht ze is: ‘Mijn ouders hadden geen geld voor een voortzetting van mijn opleiding.’ Ze is de eerste uit haar familie die naar de universiteit kan gaan en daar heeft ze dan ook echt haar zinnen op gezet. ‘Alles in mijn leven draait om school, ik ben niet geïnteresseerd in andere dingen. School is mijn hobby! Bovendien wil ik een goed voorbeeld zijn voor mijn broertje en zus. Ik wil laten zien wat je kunt bereiken als je een kans krijgt.’
Natuurrampen zijn geen uitzondering in Latijns-Amerika en de Cariben. De vulkaanuitbarsting in Guatemala, de aardbeving in Mexico en Haiti of de overstromingen in Peru en Honduras zijn slechts enkele recente voorbeelden. NPH-partnerorganisaties komen meteen in actie door noodhulp te verlenen in allerlei vormen en maten; van onderkomen en voeding tot medische zorg. Wereldwijd werven fondsenwervende kantoren fondsen om deze hulp te bekostigen. Maatschappelijk werkster Madelin herinnert zich het eerste bezoek aan de door overstromingen getroffen stad Carapongo in Peru nog goed: ‘Eerst hebben we de plek bezocht om de situatie op te nemen en in kaart te brengen waaraan de getroffen gezinnen het meeste behoefte hadden. Vervolgens zijn we teruggekomen met eten en huishoudelijke apparaten, dekens en schoolbenodigdheden voor de kinderen. Ook gaven we voorlichting over hygiëne en gezondheid in deze omstandigheden in deze omstandigheden om de uitbraak van ziekten te voorkomen.’
In het St. Damien Kinderziekenhuis in Port-au-Prince, Haïti, worden jaarlijks meer dan 80.000 kinderen behandeld. Volwassenen kunnen er terecht voor een ziektepreventieprogramma, controles voor zwangere vrouwen en een spreekuur voor HIV-patiënten (ook voor kinderen).
Louise is Hondurees. In een land met een zeer sterke machocultuur is het niet gebruikelijk voor een tienermeisje om een beroep te kiezen dat gewoonlijk voor mannen wordt beoefend, maar Louise schuift stereotypen aan de kant en volgt haar interesses met trots. In april 2021 is ze gestart met de lasopleiding in de werkplaats binnen ons programma op de Rancho Santa Fe in Honduras. “In het programma van WereldOuders krijgen we allemaal een formele opleiding. Maar we nemen ook deel aan een beroepswerkplaats om ons te helpen technische vaardigheden te ontwikkelen. We kunnen kiezen uit timmeren, elektriciteit, schoenen maken, kleding maken, uiterlijke verzorging, huishoudkunde en lassen. Eerder in 2021 kreeg ik de kans om een week in elk van de verschillende workshops te proberen om te zien welke het beste bij mij zou passen. Ik koos voor technisch lassen. Het is mooi en leuk en ook heel creatief.”
Louise komt uit een groot maar arm gezin. Na de dood van haar vader had haar moeder heel veel moeite om de eindjes aan elkaar te knopen. Er was nauwelijks te eten en de kinderen gingen niet naar school. Ook had Louise gedragsproblemen. Toen zij acht jaar was kwam ze uiteindelijk na vele omzwervingen met haar vijf broertjes en zusjes bij ons wonen. “Ik vond een plek waar ik kon studeren, een veilige plek om te leven, gezondheidszorg, lekker en gezond eten, empowermentworkshops voor meisjes: zoveel dingen waarvan ik niet wist dat ik er recht op had. En hier ben ik vandaag,” lacht ze
“Tijdens mijn lessen leer ik over strategisch meten, zodat ik de benodigde stukken kan snijden en structuren kan verbinden door middel van verschillende lastechnieken. Waar ik het meest van geniet is de laatste fase van het proces, namelijk stukken aan elkaar lijmen en de vonken uit het gereedschap zien komen. Het is spannend, maar ik ben altijd voorzichtig, “Ik vind het leuk om problemen op te lossen en te kijken hoe ik dingen kan repareren. Het geeft zoveel voldoening,” zegt Louise glimlachend, terwijl ze het veiligheidsprotocol doorneemt met haar opleider, die haar vandaag verschillende toepassingen van de soldeerbout zal laten zien. Tot nu toe heeft ze haar vaardigheden gebruikt om dingen voor haar familie te repareren, zoals de deur van haar oudere zus.
Ik vond een plek waar ik kon studeren, een veilige plek om te leven, gezondheidszorg, lekker en gezond eten, empowermentworkshops voor meisjes: zoveel dingen waarvan ik niet wist dat ik er recht op had.
Heel weinig meisjes doen deze opleiding, maar ik wilde het echt doen. Buiten de workshop om houdt Louise van dansen en Latijns-Amerikaanse muziek. Ze houdt ook van honkbal, wiskunde en chilaquiles eten met haar WereldOuders/NPH familie “Dit is een thuis waar ik liefde en zorg ontvang. Ik ben zo dankbaar voor de hulp die ik krijg.”
Op een dag zou ik graag in mijn eigen huis willen lassen en misschien mijn eigen werkplaats hebben.
Voelt Louise zich een rolmodel voor meisjes van haar leeftijd? “Het is iets waar ik nooit over heb nagedacht voordat mensen me begonnen te vragen, maar als mensen zien dat ik de weg vrijmaak voor andere meisjes van mijn leeftijd, ben ik blij dat ik dat doe en kansen creëer voor andere meisjes.”
Op de scholen van WereldOuders wordt elk kind opgeleid op basis van zijn of haar individuele mogelijkheden. Onze docenten verdiepen zich in hun worstelingen, behoeften, dromen en doelen. Van kinderopvang tot vak- of universitaire opleiding en alles wat daar tussen zit; ons doel is dat ze als volwassenen zinvol werk kunnen vinden. Én dat ze met plezier naar school gaan, zonder schuldgevoel ten opzichte van hun familie en zonder zich zorgen te hoeven maken over een lege maag.
De ouders van de Mexicaanse Rubí vonden een opleiding voor hun dochter erg belangrijk, maar privéscholen zijn erg duur en bevinden zich zelden in de buurt. Rubí zit nu bij ons op de middelbare school en is blij met de kans die haar ouders haar hebben gegeven: “Wat ik vooral fijn vind, is dat de school me respecteert zoals ik ben. Ieder mens is immers anders. Mijn mening doet er hier toe.” Ze realiseert zich dat onderwijs de basis is om te kunnen bereiken wat ze wil. “Ik ben me bewust geworden van mijn eigen ambities”, vertelt ze.
“Ik wil graag iets met gastronomie en bedrijfskunde doen.” Rubí’s ouders werken beiden als kok, dus ze is opgegroeid met een liefde voor Mexicaans eten, de smaken en texturen. Net als haar ouders is ook de middelbare schoolomgeving een grote steun voor haar: “Mijn mede-leerlingen, stagiaires, externen die hun verhaal komen vertellen; het is geweldig om hier samen te zijn en te ontdekken wat allemaal mogelijk is.”
De Hondurese Dominica groeide op bij WereldOuders. Vorig jaar vierde ze er haar 15e verjaardag, ofwel haar quinceañera, naar Latijns-Amerikaanse traditie de overgang van meisje tot vrouw. Als je Dominica zoekt, dan vind je haar negen van de tien keer tekenend terug. De andere keren is ze verdiept in een boek uit de Divergent-serie, legt ze een puzzel van duizend stukjes of zit ze driftig wiskundige vergelijkingen op te lossen. Dominica vindt puzzelen en problemen oplossen zo leuk dat ze ervoor heeft gekozen om de opleiding tot elektricien te volgen op onze vakschool. Dat ze het eerste meisje is dat deze opleiding doet, deert haar niet. Ze is erop gebrand het papiertje te behalen dat ze ziet als een eerste stap in de richting van haar toekomstdroom: elektrotechniek studeren en ingenieur worden. Haar leraar heeft alle vertrouwen in Dominica: “Ik ben trots op haar. Als ze echt ingenieur wil worden, hoop ik dat ze doorzet, want ze heeft alle kwaliteiten om er één te worden.”
Ze realiseert zich dat onderwijs de basis is om te kunnen bereiken wat ze wil. Ik ben me bewust geworden van mijn eigen ambities
Het houdt niet op bij de reguliere lessen die de kiem leggen voor een toekomst op welke werkvloer dan ook. Onze verantwoordelijkheid ligt niet alleen in het hier en nu, we willen de jongeren juist klaarstomen voor een toekomst en ze bewust maken van de mogelijkheden die in het verschiet liggen. Daarom nemen ze ook deel aan onze ontwikkelingsprogramma’s waarin ze tijd doorbrengen met positieve rolmodellen, hun leiderschapsvaardigheden ontwikkelen, leren om doelen te stellen en waarin handvatten worden geboden om hun eigen potentieel te bereiken. In een glazen bol kijken kunnen ze niet, maar ze zien wel met eigen ogen dat een toekomst geen droom hoeft te blijven.
Gladys was zo’n meisje dat haar droom werkelijkheid zag worden. In 2000 kwam ze op 13-jarige leeftijd met haar vier broers en zussen bij WereldOuders in Guatemala terecht. Ze ging toen pas voor het eerst naar school en wist op dag één al dat ze zelf ook lerares wilde worden. Geen woorden, maar daden: in 2008 behaalde Gladys haar lerarendiploma en ging ze aan het werk op een middelbare school in Antigua. Daar leerde ze veel vaardigheden op het gebied van koken en bakken en sinds begin dit jaar verzorgt ze de zogenaamde ‘Bakery Workshop’ voor de kinderen uit groep 7 en 8 van WereldOuders. Gladys: “Ik wil dat mijn leerlingen, net als ik, ook een betere toekomst krijgen door het leren van een vak. Deze workshop kan hen daarbij helpen. Deel uitmaken van het trainingsproces van elk kind is een grote verantwoordelijkheid, maar tegelijkertijd is het een prachtige ervaring.” We hebben elk jaar een aantal vakopleidingen (zoals koken, smeden en naaien) om de vaardigheden van jongeren te verbeteren zodat zij zich kunnen kwalificeren voor een baan. De keuze van de workshops hangt af van de vraag naar arbeidskrachten in de markt.”
Steun onze onderwijsprojecten
Door armoede en uitzichtloosheid, besluiten heel veel mensen in Honduras te vluchten. Kinderen worden achtergelaten, raken kwijt in de chaos of overleven de reis niet. Gezinnen die blijven, leven vaak in erbarmelijke omstandigheden in krotten zonder stromend water of elektriciteit. Dankzij verschillende sponsors zijn wij begonnen met het bouwen van nieuwe huizen voor de aller kwetsbaarste gezinnen. De eerste families hebben hun intrek kunnen nemen. We hopen dat er nog heel veel kunnen volgen.
Je zelfbeeld knapt echt niet op als je voortdurend hoort wat je allemaal níet kunt. In veel Latijns-Amerikaanse landen krijgen meisjes negatieve opmerkingen over zich uitgestort. Dit heeft zeker impact op hun eigenwaarde. Bovendien is het leven, vooral voor vrouwen, vaak levensgevaarlijk. Het aantal vrouwelijke slachtoffers van geweld, al dan niet in huiselijke omgeving, blijft stijgen. De inheemse bevolking in Latijns-Amerika krijgt minder kansen in de maatschappij, hun kinderen groeien bovengemiddeld vaak op in armoede, zonder toegang tot gezondheidszorg en educatie.
In onze programma’s geven we om deze kinderen en steunen we inheemse families in de omgeving. Het doorbreken van die armoedecirkel staat hoog op onze actielijst. Hoe we dat doen? Enerzijds door hen aan te moedigen om hun eigen taal en tradities te koesteren, maar ook door hen vaardigheden te leren die hun kansen op de arbeidsmarkt vergroten en dus concreet toekomstperspectief bieden. Daarnaast richten we ons specifiek op die andere ondergewaardeerde groep: meisjes. We willen hun zelfvertrouwen vergroten, zodat zij opgroeien tot zelfbewuste jonge vrouwen die zich persoonlijk en professioneel durven te ontwikkelen.
In een aantal landen volgen meisjes het ‘Chicas Poderosas’ (Power to the girls!) programma. Binnen dit naschoolse programma creëren we in eerste instantie een veilige plek waar meisjes met elkaar kunnen praten. Niet alleen over het verkrijgen van zelfvertrouwen, maar ook hoe zij economische onafhankelijkheid kunnen bereiken. Samen met ons onderzoeken zij ideeën over eigenwaarde, ontwikkelingskansen en wat het betekent om als vrouw in Latijns-Amerika de verantwoordelijkheid te nemen over hun eigen leven. Het programma geeft meisjes een duwtje in de goede richting.
De Hondurese Aracely heeft net eindexamen gedaan. Ze staat op het punt om naar de high school in de gewelddadige hoofdstad Tegucicalpa te vertrekken. Aracely verlaat het programma, gewapend met kennis en zelfvertrouwen om het in de grote stad te redden. Over haar periode bij de Chicas Poderosas zegt ze dat de bijeenkomsten een groot verschil hebben gemaakt: ‘Dankzij de andere chicas en de groepsleiding is mijn eigenwaarde zeker gegroeid. Ik denk dat meisjes van mijn leeftijd een voorbeeldrol hebben voor jongere meisjes in het programma. Wij tonen niet alleen aan dat we volwassen en sterk zijn, maar ook dat er ruimte is voor kwetsbaarheid en dat je altijd iemand om hulp kunt vragen.’
De Mexicaanse Isadora is negentien jaar. Zij behoort tot een inheemse gemeenschap in de Guerrero Sierra, waar Mixtec wordt gesproken. Isadora is erin geslaagd op te staan voor zichzelf: ‘Toen ik klein was, wilde mijn vader niet dat ik zou gaan studeren. In zijn ogen zijn vrouwen verantwoordelijk voor het huishouden, maar ik heb me daar nooit bij neergelegd. Ik wilde een vak leren.’ Ze zit nu in het eerste jaar van de high school, waar ze zich specialiseert in Elektronica. Isadora is trots op haar goede cijfers. ‘Nu mijn vader ziet hoe goed het gaat, moedigt hij me zelfs aan om door te gaan! Dat zijn instelling is veranderd, motiveert me enorm.’
Isadora weet dat haar leven sterk afwijkt van andere vrouwen in haar familie. Ze grijpt elke kans die NPH biedt om haar droom te vervullen: ingenieur worden. ‘In het Chicas Poderosas programma heb ik geleerd dat het niet normaal is dat iemand beslist over jouw lichaam of toekomst. Het is jouw leven en alleen jij weet wat je wilt. Ik ben ervan overtuigd dat we als vrouwen alles kunnen bereiken waarvan anderen denken dat het onmogelijk is.’ Ze vindt wel dat de Mixtec-tradities die vrouwen uitsluiten moeten veranderen, maar is tegelijkertijd trots om Mixtec te zijn: ‘We hebben een uniek geloof en erven van onze voorouders tradities die wij moeten blijven koesteren.’
Isadora is een praktijkvoorbeeld van succesvolle integratie in een moderne omgeving. Datzelfde geldt voor Aracely in die typische machocultuur. We maken ons bij WereldOuders hard voor deze meisjes en hun succesverhalen. Stapje voor stapje. Isadora en Aracely zijn inspiratiebronnen, hun verhalen sterken ons in het geloof dat inheemse meisjes hun toekomst in eigen hand kunnen nemen en trots kunnen zijn op hun afkomst.
Met ons project ‘Chicas Poderosas’ (letterlijk: krachtige meisjes) helpen we meisjes en jonge vrouwen om hun eigenwaarde en kracht te ontdekken zodat ze voor zichzelf durven opkomen en hun toekomstdromen kunnen laten uitkomen!
Steun dit projectNelson is geboren in Yuscarán, een stadje in het oosten van Honduras. Nelson’s vader verliet het gezin toen hij nog heel jong was en zijn moeder stierf aan nierfalen toen Nelson twee was. “Ik wilde altijd al studeren maar wist dat het niet gemakkelijk zou worden. Ik woonde samen met mijn zus en mijn oma en we hadden niet de financiële middelen om mijn schoolgeld te betalen. Daarom besloot mijn oma om steun te vragen bij WereldOuders en zonder twee keer na te denken hebben ze mij geaccepteerd als onderdeel van de familie,” zegt Nelson.
Nelson kwam in ons programma ‘Rancho Santa Fe’ wonen toen hij 12 jaar oud was. Hij herinnert zich dat hij aankwam met een glimlach op zijn gezicht, een pyjama en laarzen aan. “Ik miste eerst mijn oma en mijn huis heel erg, ondanks dat zij heel arm was”. Maar daarna raakte Nelson gewend aan zijn nieuwe thuis. “Ik ben negentien jaar lang opgegroeid in de grootste familie van Honduras. Ik heb hier veel goede herinneringen”, zegt Nelson.
In ons programma ging Nelson naar de basisschool en vervolgens in hoofdstad Tegucigalpa naar de middelbare school. Hij blonk ook uit als deelnemer aan het Seattle Leadership Program, een initiatief van onze partnerorganisatie NPH. Deze ervaring stelde Nelson in staat om gedurende 10 maanden in de Verenigde Staten te studeren. Tijdens dit bezoek leerde hij Engels en nam deel aan verschillende activiteiten, terwijl hij werd getraind hun leiderschapsvaardigheden te vergroten.
Na deze ervaring ging Nelson studeren aan de universiteit van Honduras. Een paar maanden geleden is hij afgestudeerd. Een fantastische prestatie! Tijdens zijn laatste semester, opende WereldOuders de deuren voor hem om stage te lopen bij het San José Family Center. Daarna kreeg Nelson zijn huidige baan als maatschappelijk werker bij Casa Mi Esperanza. “Ik heb altijd bij WereldOuders/NPH willen werken omdat ik de behoefte voelde om direct iets terug te doen voor de familie waar ik ben opgegroeid. Casa Mi Esperanza is een prachtig programma dat mij in staat stelt om te werken aan de re-integratie van kinderen en jongeren. Ik neem deel aan de processen voor het zoeken van een gezin en ik volg de zaken op. Ik hou van wat ik doe! En ik vind het geweldig dat mijn oma trots op me is,” vertelt Nelson.
Naast Nelson maken ook veel andere jongeren uit het programma in Honduras maken hun dromen waar. In 2021 studeerden zes jongeren uit het programma af aan de universiteit en de verwachting is dat er in 2022 nog eens negen studenten afstuderen. En net als Nelson Álvarez, bieden zij vandaag de dag hoop voor vele mensen in kwetsbare situaties.
“Tweede kerstdag 2017 vertrok ik op weg naar centraal-Amerika, naar Honduras (start in het programma in januari 2018). Ik had geen idee wat mij precies te wachten stond. Ik wist niet dat ik in een wereld zou komen waar maar weinig te vergelijken is met thuis. Ik wist niet dat geen enkele dag hier normaal is. Ik wist niet dat ik in staat was om zoveel en zo hard te werken zonder daar zelf direct baat bij te hebben. Ik wist niet dat ik na een jaar Spaans zou spreken, Engels zou denken en mijn Nederlands zou beginnen te vergeten. Ik wist niet dat ik zoveel zou leren als fysiotherapeut, als vrijwilliger en als vriendin. Ik wist niet dat ik zulke goede vrienden zou maken van over de hele wereld. En ik wist vooral niet dat je zo sterk een familieband kan voelen met mensen die geen enkel stukje DNA met je delen.
Na mijn eerste paar weken was ik erachter gekomen dat hoe hard ik ook zou proberen om iedereen hier te helpen, het zou niet altijd makkelijk zijn en niet altijd dat gewenste verschil maken. Het gaat erom dat iedereen er gewoon mag ZIJN. Ik mocht in Honduras er zijn voor mijn patiënten die vanuit de bergdorpjes kwamen voor fysiotherapie en voor het eerst in hun leven individuele zorg en aandacht kregen. Ik mocht er hier zijn door een boekje te lezen voor die zwaar gehandicapte jongen die bijna nooit zijn slaapkamer, laat staan zijn huis, uit kan. Ik mocht er zijn voor de verzorgende die zorgt voor de jongens in hogar (wat huis betekent) door te helpen met de afwas. Ik mocht er zijn voor dat meisje in coma en mocht ik een arm om haar verzorgende slaan en haar vertellen dat ze er niet alleen voor staat. Ik mocht er zijn door mee te gaan naar de kerkdienst en mee te gaan aan het avondmaal met een jongen die dat niet zelf durft. Ik mocht er zijn voor de universiteitsstudente door te vragen hoe het met de studie gaat, omdat ze geen familie heeft die hiernaar zal vragen. Ik mocht samen met de tienermeiden giechelen over de jongens, mocht ik dansen met de meiden in de rolstoel en spelen met de allerkleinsten. En ik mocht er zijn voor de medevrijwilliger wanneer die zijn frustraties kwijt moet over hoe alles zo anders gaat dan thuis.
De twee jaar dat ik op de ranch werkte heb ik mij erg gezegend gevoeld. Er waren momenten van puur geluk, verdriet, van enorme vreugde, van dankbaarheid, van grote frustraties, van onbegrip, verwardheid en bovenal veel liefde en warmte.
Ik mocht veel patiënten (van buiten de ranch) helpen door met ze te werken als fysiotherapeut. Ze leerden mij dankbaarheid, doorzettingsvermogen en ze lieten mij zien wat het is om hard te werken.
Ook mocht ik veel kinderen helpen met verscheidende handicaps, allemaal leden van de NPH familie en wonend op de Ranch of in de stad, ze leerden mij creativiteit, geduld en communiceren op een ander niveau. Ik mocht veel uren doorbrengen in mijn hogar, mijn hogar met een aantal jongens met voornamelijk verstandelijke beperkingen. Deze jongens leerden mij om plezier te hebben om de kleinste dingen.
Er waren momenten van puur geluk, verdriet, van enorme vreugde, van dankbaarheid, van grote frustraties, van onbegrip, verwardheid en bovenal veel liefde en warmte.
Het is niet alleen het werk als fysiotherapeut wat mijn tijd zo bijzonder maakte, het is het leven in de community wat mij onwijs veel geleerd heeft. En wat misschien wel het belangrijkste is wat ik geleerd heb in mijn tijd in Honduras, is dat je niks speciaals hoeft te doen, je mag er gewoon ZIJN! “
Om acht uur ben ik in de kliniek op het terrein en wacht tot de dokter komt, zodat ik een casus met haar kan bespreken. In de tussentijd kan ik oefeningen doen met Emma*, die aan beide voeten geopereerd is. Ze is een paar maanden geleden aangekomen op de Ranch vanuit een klein dorpje in de bergen. Ze is daar opgegroeid bij haar ouders in een liefdevol gezin, maar door haar klompvoetjes kon ze nooit naar school en zat ze thuis alleen maar op de grond. Nu woont ze bij ons en ik ga er alles aan doen om haar te laten revalideren zodat ze daarna zo goed mogelijk kan functioneren.
Nadat ik mijn casus met de dokter heb besproken, loop ik naar Santa Maria Reina. Dit is een hogar, een huis waar meisjes met een beperking wonen. Ik vind het heerlijk om bij deze meisjes te zijn. De hele ochtend is gevuld met oefeningen doen, kleuren, rolstoelen en veel lachen en knuffels. Dus tegen een uur of twaalf ben ik uitgeput maar voldaan. En de meisjes zijn ook klaar voor een middagslaapje. Maar voordat ik lunchpauze neem wil ik even langs docent Daniel. Hij is ook schoenmaker en helpt ons met het maken van orthopedische schoenen. Ik wil kijken hoe ver hij is met de schoenen voor een jongen hier op de ranch. Deze jongen is 15 jaar en viel twee jaar geleden uit een palmboom. Hij had een heupluxatie en had een gecompliceerde breuk van het dijbeen. Daardoor heeft hij moeite met lopen en is zijn ene been 4 cm korter dan het andere. Een paar goede schoenen zullen hem helpen om weer op dat been te kunnen staan en om toekomstige problemen te voorkomen.
Na de lunch heb ik nog wat tijd om oefeningen te doen met de kinderen die ‘s ochtends op school zaten. Vanmiddag ga ik naar Casa Suyapa, het huis van de jongste kinderen. Ik kreeg van twee verzorgers de vraag of ik langs kon komen om te kijken naar twee meisjes die, als ze rennen, best vaak vallen. Om 4 uur ben ik moe en heb ik het warm. Tijd voor een dutje voordat ik naar mijn hogar ga. Mijn hogar waar ik elke nacht doorbreng is een huis met elf jongens van 10-17 jaar oud. Ik hou zo veel van ze en ik kan bij hen mezelf zijn. Ik kan gewoon rondhangen in hun huis, dat voelt als mijn eigen huis. Ik help met het uitdelen van de maaltijden, ik kan lachen om hun grappen en ik doe mee met hun kaartspelletjes. Soms kijk ik naar ze en dan bedenk ik me hoe bijzonder het is om deze kinderen te hebben leren kennen en mijn leven met hen te delen.
Vrijwilliger zijn bij NPH Honduras is niet een ervaring in je leven. Het is een deel ván je leven. Het vormt je leven en je vormt het leven van degenen om je heen. NPH Honduras is een veilige haven te midden van de ellende die er in dit land bestaat. Ik vind het geweldig om deel uit te maken van deze gemeenschap. Hier kunnen mijn ideeën en dromen werkelijkheid worden. En ik bid voor deze kinderen en dit land, dat zij leren hoe ze weer kunnen dromen. Elk kind hier is uniek, maar raakt vaak verdwaald in de grote groep. Als je hier woont kun je elk kind een stem geven en ze zien met hun eigen kwaliteiten en heb je een unieke mogelijkheid ze te helpen. Ik kan hen helpen op het gebied van mijn vak, maar net zo belangrijk, ik kan hen helpen om hun eigen dromen te ontdekken voor hun toekomst.
Tegen iedereen die overweegt om een jaar van je leven hier op de Ranch door te brengen zou ik willen zeggen: bedenk of je bereid bent om een deel van je hart te offeren, want die ga je hier verliezen.
* Namen zijn veranderd i.v.m. privacy